Een nauwe relatie
Er is een nauwe relatie tussen allergische rinitis en allergisch astma. Dit heeft geleid tot de hypothese ‘one airway, one disease’, ook wel United Airways genoemd1. Het principe achter deze hypothese is dat allergische rinitis en allergisch astma uitingen zijn van één syndroom in zowel de onderste als bovenste luchtwegen. Met de hoge en toenemende prevalentie (in Nederland ongeveer 1:4) is allergische rinitis dus allerminst een onschuldige aandoening. Huisstofmijten zijn een belangrijke prikkel voor luchtwegallergie.
De link tussen allergische rinitis en allergisch astma is al langer bekend, onder andere uit de prospectieve Copenhagen Allergy Study2. Uit data van de European Federation of Allergy and Airways Diseases Patients’ Associations bleek in 2011 dat in Europa 113 miljoen mensen allergische rinitis hebben en 68 miljoen mensen allergisch astma. Wereldwijd heeft 5 tot 40% van de bevolking allergische rinitis en de prevalentie daarvan neemt toe3.
Het verband tussen astma en allergische rinitis 4, 5
Eén syndroom
Daarnaast is bekend dat ongeveer 50% van de allergiepatiënten een huisstofmijtallergie heeft. Ook daar blijkt de nauwe relatie tussen allergische rinitis en allergisch astma: ongeveer 50% van de patiënten met allergische rinitis als gevolg van een huisstofmijtallergie heeft ook allergisch astma. En meer dan 95% van de patiënten met astma als gevolg van een huisstofmijtallergie heeft ook allergische rinitis6, 7.
Allergische rinitis vormt zelfs een risicofactor voor astmacontrole. Het basisprincipe is dat de twee aandoeningen manifestaties zijn van één syndroom in twee delen van de luchtwegen. En hoe ernstiger de rinitis, hoe ernstiger de astma8.
Allergische rinitis vormt een risicofactor voor astmacontrole 3
Mindere kwaliteit van leven
Allergische rinitis, allergisch astma en huisstofmijtallergie hangen dus nauw met elkaar samen. Veel patiënten hebben verschillende uitingen van dit allergisch syndroom tegelijkertijd, waarbij huisstofmijten de belangrijkste trigger vormen voor luchtwegallergie. Allergische rinitis vermindert de kwaliteit van leven en de prestaties op school en werk, en zorgt regelmatig voor bezoeken aan zorgverleners. De juiste behandeling op de juiste plek kan de kwaliteit van leven verbeteren. De ARIA-richtlijn3 kan patiënten en zorgverleners helpen bij de keuze voor optimale behandeling.
Referenties
- Grossman J. Chest 1997;111:11S-16S.
- Linneberg A et al. The link between allergic rhinitis and allergic asthma: A prospective population-based study. The Copenhagen Allergy Study. Allergy 2002; 57:1048-52.2006.
- Brozek JL, Bousquet J, Agache I, et al. Allergic rinitis and its Impact on Asthma (ARIA) guidelines: 2016 revision. J Allergy Clin Immunol 2017; 140(4):950-958126.
- Bresciani M, et al. j Allergy Clin Immunol 200J;1 07:73-80.
- Terreehorst I, et al. Clin Exp Allergy 2002;32:1 160-1165.
- Linneberg A et al. The link between allergic rhinitis and allergic asthma: A prospective population-based study. The Copenhagen Allergy Study. Allergy 2002; 57:1048-52.2006
- Knudsen TB et al. A population-based clinical study of allergic and non-allergic asthma. Journal of astma 2009;46:91-4
- J. Bousquet et al. Allergic Rhinitis and its Impact on Asthma (ARIA) 2008. Allergy 2008; 63(s86):8-160